De afleveringen worden joliger en de jury steeds relaxter. In de vierde week zaten Janny en Robert weer te chillen. Dit keer bij het zwembad. Janny was nog wel even actief tijdens het maken van een bommetje. Bij de bakkers in de tent kwam stoom uit de oren, eh….ovens. Tussen het bakken door waren er veel speelkwartiertjes, met onder andere en watergevecht, ‘oudhollands ovenstaren’ en een potje jeu de boules.
Brood maken. Het leek allemaal makkelijker dan het was. Vooral de technieken hadden veel bakkers nog niet helemaal in de vingers. Maarten vond het dramatisch en werd bijna meteen al door Robert aangesproken over zijn brood. Hij had totaal geen ervaring met broodbakken en zag er duidelijk terneergeslagen uit toen hij hoorde dat hij afviel. Verdrietig staarde hij naar zijn baksel in de oven. Zou hij deze nederlaag erger vinden dan als Feyenoord verloor? En wist hij echt niet wat tijgerbrood was? Janny wreef het er nog even extra in met haar opmerking: “Maarten is meer van de taarten.”
Verdrietig staarde Maarten naar zijn baksel in de oven…
Ine had zich iets beter voorbereid en was naar de plaatselijke Turkse bakker gegaan en gevraagd of hij haar de fijne kneepjes van het vak wilde leren. Dat wilde Mo wel en volgens Ine was hij hartstikke handig. Twee handen op een brood zo te horen. Over de rijskast daar hoorden we verder niets.
Eén van de meest rustige deelnemers is Nico. Hij kabbelt zo maar voort en scoort regelmatig goed, af en toe gemiddeld en soms wat minder. Soms vergeet hij wat. Zoals het zout. Hans was dit keer een beetje in de war. Vooral bij het tijgerbrood wist hij het even niet meer. Toch herpakte hij zichzelf weer na een tijdje en was uiteindelijk de nummer één bij het tijgerbrood. Of was dat onzekere een act? Je weet het nooit helemaal zeker bij Hans. De ware broodbakker kwam in naar boven zei hij. Jaja, hoe dan ook: Hans bakte weer zoete broodjes bij de jury.
Het broodmandje was een spektakel. Bij de meesten dan. Ine hield het mandje plat, lekker makkelijk. Rik pakte de jury helemaal in met zijn ‘hoorn des overvloeds’. Hij heeft regelmatig een prachtstuk, maar is nog nooit Meesterbakker geweest. Marjolein wel, voor de tweede keer al. Het wordt bijna saai, je weet gewoon dat bij Marjolein bijna alles lukt. Het enige wat ze niet meteen wist deze week is wat ze met het spuitflesje moest doen.
